Energieke oogsnoepjes met perfecte rondingen en gestroomlijnde lichamen die in een sexy outfit meer dan behoorlijk ‘hun mannetje staan’, scoren enorm aan de box-office. Angelina Jolie in de huid van Lara Croft, Halle Berry in X-Men, Mila Jovovich in de Resident Evil-serie, Jessica Alba als sekspoes in Sin City of als stormachtig lid van de Fantastic Four en Charlize Theron in de flexibele gedaante van Aeon Flux, zijn maar enkele voorbeelden die dit trendy feminiene actie-fantasy-genre overtuigend tot leven brengen.
Oppermacha is ontegensprekelijk de onthutsende Britse schoonheid Kate Beckinsale. In 2003 sloeg ze iedereen knock out als de ferme vampire warrior Selene in Len Wisemans Underworld. In deze apocalyptische SF-thriller draaide alles rond een wrede oorlog tussen vampiers en weerwolven (Lycans). In deze hel ontstaat er zowaar een romance tussen Death Dealer Selene en Michael Corvin, de leider van de Lycans.
In Underworld: Evolution – in een regie van nieuwkomer Len Wiseman – wordt de sage over de guerrilla tussen de onsterfelijke monsters verdergezet. Het dunne verhaaltje probeert de herkomst van de eeuwenoude vendetta tussen de haatdragende stammen te achterhalen. Een flauw excuus om een dik anderhalf uur lekker en loeihard van leer te trekken, de kogels om de oren te laten fluiten en de departementen special effects en make-up op volle toeren te laten draaien, maar vooral om Kate Beckinsale als opgejaagd doch uitermate begeerd wild van jetje te laten geven.
Hoewel sequels doorgaans het ergste laten vermoeden, is Underworld: Evolution nog best te pruimen. In vergelijking met deel 1 is de plot deze keer redelijk coherent, maar in dergelijke genrefilms is dit aspect per definitie van inferieur belang. Ter compensatie serveert Wiseman, na een relatief indrukwekkende openingsscène, een prettig gestoorde, visueel spectaculaire, maar heel gore freakshow.
Rondvliegende hybriden, muterende creaturen en afzichtelijke mormels die het daglicht schuwen, zoeken koortsachtig achter een sleutel die een lijkkist moet openen. Dit gotische spektakel speelt zich af in de plenzende regen en in computer grafische decors die afwisselend baden in artificieel ijselijk blauw kunstlicht of schaduwrijk geheimzinnig worden toegedekt. De oppervlakkige personages kramen overwegend onbeduidende kortzinnen uit.
Wiseman zapt voortdurend heen en weer tussen verleden en heden en de bijzonder talrijke spetterende actiescènes – iedereen springt door daken en ramen – zijn handig gecamoufleerd door snelle shots, close-ups, keiluide muziek en veelvuldig gebruik van mist, rook en opspattend water. Kortom, een archetypische en degelijke genreprent voor de fans en pulp voor anderen. Roerend eens is het wellicht iedereen over de elanrijke en fysiek hypnotiserende verschijning van Kate Beckinsale. In haar spannende zwarte lederen outfit schiet ze als een coole Terminator het bloedzuigende schorem ‘overtuigend’ naar de verdoemenis. En in een adem leent ze daarenboven haar ophitsende navelbuik voor een van de meest sensuele vrijscènes sinds jaren. Samenvattend: hip en goor entertainment voor een bepaald subpubliek en kerels (maar ook meiden) die likkebaarden op stoere madam annex moordgriet Kate Beckinsale.
Genre: actie, fantasy, thriller
Jaar : 2005
Regisseur: Len Wiseman
Cast: Kate Beckinsale, Scott Speedman, Derek Jacobi, Bill Nighy, Michael Sheen
Land : Verenigde Staten
Speelduur: 105 minuten