
Het zomerkamp is voorbij, tijd voor de 16-jarige Libby om naar huis te gaan. Daar wachten haar twee verrassingen. Niet alleen leert ze voor het eerst auto rijden, ze ontmoet ook de nieuwe vriend van haar moeder Michelle, John. Mama heeft smaak, denkt de dochter bij het zien van het gesculpteerde lichaam van haar toekomstige stiefvader. Maar John is meer dan enkel een mooi lichaam, een lieve lach en charismatisch karakter. Onder de oppervlakte loert er iets duisterder…
Het einde van de zomer sluipt nu weer langzaam op ons af. De festivals lopen op hun einde, veel mensen keren terug uit vakantie en ook de zomerkampeerdertjes mogen beginnen denken aan huiswaarts keren. We hopen van harte dat als hen thuis dan een surprise wacht, het beter zal zijn dan deze What Lies Below!
Deze horrorthriller uit 2020 is het langspeeldebuut van schrijver en regisseur Braden R. Duemmler en zit nochtans vol interessante en soms zelf uitdagende ideeën. Zo begint het alleraardigst met Libby, gespeeld door een piepjong ogende Ema Horvitch (10 jaar dan haar personage tijdens het filmen). Het meisje biedt een haast taboeloze kijk op haar leefwereld en haar gedachtegang, alsook op tienerseksualiteit.
Gedurfd maar smaakvol gebracht, zonder er een exploitatieve lens op te zetten, kijkt What Lies Below onverbloemd naar hoe Libby haar verboden liefde voor de nieuwe vlam van haar moeder beleefd. De onzekerheid, het gevoel van ontoereikendheid en ook wel de lichte jaloezie tegenover mamalief, de film toont een eerlijke blik op z’n dynamiek en de problemen hierrond.
Het gaat er enkel niet zo ver in. Libby’s vlinders worden al snel wespen, haar verliefdheid argwaan en hoewel niet geheel onterecht, is het pad ernaartoe toch best dubieus. Waar Trey Tucker als John de film nog start als een droomstuk, die met zijn intro begrijpelijke begeerlijke blikken naar zich toe lokt, evolueert zijn gedrag halverwege de vertelling naar iets onverklaarbaars, iets pervers, iets verkeerds…

Twee scènes in het bijzonder, kort na elkaar, doen ons toch even in het haar krabben. Mooi in beeld gebracht, eenvoudig maar effectief, ze roepen enkel vragen op zoals: wie doet nu zoiets? Tuurlijk, het zet wel meteen ook de deur open voor wat lichte body horror later, richting de finale, wanneer er een licht wordt geworpen op zijn experimenten, maar het is niet voldoende om zijn gedrag te vergoelijken.
Dat is de teneur van alles in deze film. Het is niet voldoende. Het is nergens voldoende. Het introduceert aan de lopende band nieuwe gegevens en mogelijke plotontwikkelingen, maar het gaat zelden dieper dan de oppervlakte. Veel diepgang krijgen we niet rond wat John exact aan het doen is, buiten een kleine les die iedereen al is vergeten tegen dat zijn ware aard bovenkomt.
De spanningen tussen moeder en dochter, of later even tussen John en moeder Michelle, hebben dan weer geen gewicht en in plaats daaraan te sleutelen, wordt er tijd verdaan met onnodige details over een grootvader. Niet elke zin moet belangrijk zijn in een verhaal, maar focus is nodig en dat mist de film.
Er waren duizenden pistes die de film had kunnen afgaan: van een klassiek sciencefiction body horrorwerk tot een psychologisch slopende griezelromance tussen een tiener en een volwassen man achter de rug van ziek geworden moeder.
Maar keuzes kan de prent niet maken. Het probeert overal wel een graantje mee te pikken en daardoor geraakt het nergens. Fear comes to the surface belooft de cover nog, maar wij vrezen dat er toch niet veel meer te vinden is onder het oppervlak dan een los samenraapsel aan horrorclichés en onuitgewerkte ideeën.
Genre: horror, mysterie, sciencefiction
Jaar: 2020
Regisseur: Braden R. Duemmler
Cast: Ema Horvath, Trey Tucker, Mena Suvari, Haskiri Velazquez
Land: Verenigde Staten
Speelduur: 87 minuten