Samen met Martin Scorsese, Brian De Palma, Steven Spielberg en George Lucas behoort Francis Ford Coppola tot wat men later het groepje van de New Hollywood is gaan noemen. Kort door de bocht kan je dit in één zin samenvatten als regisseurs die het de vertrouwde filmmaatschappijen serieus moeilijk maakten. Misschien is Lucas de minste van de vijf, toch gaat het om stuk voor stuk mensen die zo’n groot talent hadden dat Hollywood niet anders kon dan naar hun te luisteren. Spielberg werd de grootste, maar voor Coppola liep het toch wat minder goed af. Niemand die dat na The Godfather had gedacht, ook al vindt de filmmaker dat je in je leven niet anders kan dan je dromen te volgen. Apocalypse Now, de film die na het bejubelde gangsterepos volgde, staat in de geschiedenisboeken wel als één van de grootste films aller tijden beschreven, maar wat vaak vergeten wordt, is dat het een film vol miserie werd. Er was de onuitstaanbare Marlon Brando, Martin Sheen die een hartaanval kreeg, ziektes die op de set uitbraken en tot grote ergernis van Paramount werd het oorlogsverhaal ook alsmaar duurder.
Coppola vond het nodig om nadien de studio met One From The Heart nog wat meer uit te dagen. Niet alleen gaat het om een zeer gewaagde film die door de critici verguisd werd nog voor dat hij uitkwam, ook was dat de titel die verondersteld werd om Coppola meer onafhankelijkheid te bieden omdat hij alles ging opnemen in zijn eigen Zoetrope-studio’s. Het resulteerde uiteindelijk in het feit dat Paramount de fillmmaker liet vallen als een baksteen, want de filmmaatschappij weigerde nadien om de film te distribueren.
In de eerste week bracht de film amper 800.000 dollar op. Desastreus voor een productie die bijna dertig miljoen dollar had gekost. Het prestigieuze verhaal eindigde dan ook op een sisser: Coppola werd genoodzaakt om de Zoetrope-studios te verkopen. Het was nochtans allemaal groots opgevat. Geteisterd door de tegenslagen van Apocalypse Now wilde Coppola teruggrijpen naar het oude Hollywoodsysteem uit de jaren 40. Alles opnemen in een studio, en dus geen buitenopnames maken. Dat idee werd door heel wat acteurs met gejuich onthaald, maar iedereen die erbij betrokken was zag hoe langer hoe meer hoe krankzinnig het Coppola-idee wel was. Zo construeerde hij de straten van Los Angeles in een studio, en zelfs de boeing was een nepvliegtuig.
De kosten werden alsmaar hoger en aan het personeel werd gevraagd om 50% van hun loon in te leveren, en dat nadat ze drie weken niet waren betaald. Dit trieste nieuws haalde het journaal, en net op het moment dat alles leek te mislukken bood de flamboyante miljonair Jack Singer geld. Coppola kon wel de film afmaken, maar toen hij zijn filmstudio verloor moest hij toezien hoe nadien de studio een plaats werd waar videoclips en tv-shows werden opgenomen. Van een kentering in de cinema was er geen sprake meer, en wat gevreesd werd, bleek de harde waarheid: One From The Heart werd een gigantische flop.
Je kan gerust stellen dat Coppola een visionair was. In het begin van de jaren 80 was hij één van de weinige regisseurs die ervan overtuigd was dat de pellicule ten dode was opgeschreven en dat de toekomst digitaal was. Prietpraat in 1981, veertig jaar later niet meer dan normaal. Deze visie vertaalde zich ook in zijn films die hij in de jaren 80 maakte. Als je The Outsiders en Rumble Fish niet meerekent, dan zijn al zijn latere films kil, bijna afstandelijk gemaakt. Vergelijk The Cotton Club maar eens met The Godfather. En natuurlijk het allermooiste voorbeeld: deze One From The Heart waarmee Coppola het theater in film wilde transformeren. De waarheid gebiedt ons te zeggen dat dit een zeer oubollige indruk geeft, maar dat weerhoudt er bijv. Baz Luhrmann niet van om te beweren dat dit romantische drama één van de meesterwerken uit de jaren 80 is.
Een film waarin de muziek een zeer prominente rol krijgt en de cast geregeld een dansje mag opvoeren. Laat de opmerking “aha, een musical!” maar achterwege, want dat is One From The Heart nu net niet. Wel krijg je om de haverklap te pas en te onpas een nummer van Tom Waits in de buis van Eustachius geduwd en we kunnen ons voorstellen dat mensen die een broertje dood hebben aan Waits hier niet om staan te juichen. Il faut le dire, de songs zijn niet alleen gedateerd, ze klinken ook bij moment ronduit irritant.
Het verhaal an sich is zeer simpel. Hank (Frederic Forrest) en Frannie (Teri Garr) zijn vijf jaar getrouwd en leven in armtierige toestanden in Las Vegas. Frannie denkt haar echtgenoot te kunnen paaien door hem een reisje naar Bora Bora aan te bieden, maar dat veroorzaakt maar weinig applaus in de huiskamer. Ook al zijn de twee verliefd is de relatie door verveling ten dode opgeschreven. Frannie zoekt troost bij de cafépianist Ray (Raúl Juliá), terwijl Hank zijn ogen niet kan afhouden van de circusartieste Leila (Nastassja Kinski).
One From The Heart is door de koppigheid van Coppola wel deels auteurscinema, maar de film blijft in de eerste plaats overeind staan door de ijzersterke rollen. Raúl Juliá is wel de minste, maar daar staat dan weer de vorig jaar overleden Harry Dean Stanton tegenover. Ook Frederic Forrest doet het verre van slecht. Een ietwat vergeten acteur die ondanks zijn bekende karakterkop wel in bekende films acteerde, maar nooit een hoofdrol had (Apocalypse Now, The Conversation, Valley Girl, The Two Jakes en The Rose waar hij zelfs een Oscar-nominatie voor had).
Ook Terri Garr doet het prima. Een actrice die niet meteen dat fameuze belletje doet rinkelen, maar eens je haar ziet komt de aha-erlebnis. Begonnen als danseresje in Elvis Presley-films, maar later belangrijke rollen in Tootsie, Close Encounters Of The Third Kind of Young Frankenstein, en dan vergeten we er nog een stuk of 30! De grote ster van de film, hoewel het een kleine rol was, was sowieso Nastassja Kinski. Na de triomf van Tess met Roman Polanski, werd One From The Heart haar tweede Amerikaanse film na de revelatie die Cat People van Paul Schrader was, de remake van Jacques Tourneur uit 1942. Het is moeilijk om uit te maken of One From The Heart de gevaarlijke tand des tijd heeft weerstaan of niet. Dat is zeker het geval op acteervlak, maar voor de rest lijkt het net iets te veel op een pompeuze poging van een genie die zichzelf in zijn dromen voorbij liep.
GENRE: romantische komedie, drama
JAAR: 1981
REGISSEUR: Francis Ford Coppola
CAST: Frederic Forrest, Teri Garr, Raul Julia, Harry Dean Stanton, Nastassja Kinski
LAND: USA