Subscribe Now
Trending News

Blog Post

MICHIEL BLANCHART
MICHIEL BLANCHART (c) Mika Cotellon
Interview

MICHIEL BLANCHART 

Michiel Blanchart werd geboren in 1993 in België, maar groeide op in Chevannes, een ruraal dorp in de Franse regio Bourgogne-Franche-Comté. Hij droomt ervan om regisseur te worden en na het maken van een aantal amateurfilms keert hij op 18-jarige leeftijd met een Bac Littéraire op zak, terug naar zijn geboorteland om er film te studeren aan het Brusselse IAD (Institut des Arts de Diffusion), één van de bekendste filmscholen in België.

Michiel regisseert tijdens zijn studies diverse kortfilms voor school en in zijn privétijd. Onder meer L’annonce, Lulu en Dynaman winnen prijzen op Belgische filmfestivals.

De gerenommeerde regisseur en IAD-docent, Benoît Mariage (Les Convoyeurs Attendent), brengt Michiel in contact met producer Michaël Goldberg (Le Monde nous Appartient, Noces). Dit is het begin van een succesvolle samenwerking tussen de jonge filmmaker en de ervaren producent. Michiels opmerkelijke kortfilm T’es Morte Hélène uit 2021 over een man die samenleeft met de geest van zijn vriendin, reist zowat de filmwereld rond en wint maar liefst 35 prijzen, waaronder Beste Short op Rhode Island, Clermont Ferrand, Gérardmer, Sitges, Palm Springs, het Brusselse BIFFF en haalde ook de shortlist voor de categorie Best Live Action Short Film bij de Oscars 2022.

La Nuit se Traîne is Michiels langspeelfilmdebuut dat voor het eerst werd vertoond op de Marché du Film van het recente Filmfestival van Cannes met als resultaat de verkoop van de rechten aan heel wat landen en ook aan Magnolia Pictures voor de release op de Amerikaanse markt.

De film werd ook geselecteerd om het Biarritz Film Festival Nouvelles Vagues te openen. De adembenemende actiethriller over een jonge slotenmaker die op een avond de verkeerde deur opent en voor criminelen moet vluchten doorheen het nachtelijke Brussel, oogstte niets dan lovende kritieken en rijfde er de publieksprijs binnen. Een bevestiging van het uitzonderlijk talent van Brusselaar Blanchart en uiteraard hét moment voor Fast Forward om uitvoerig in gesprek te gaan met de Tarantino van eigen bodem. 

Romain Duris in La Nuit se Traîne
ROMAIN DURIS in LA NUIT SE TRAÎNE (c) Mika Cotellon

Een klassieke openingsvraag: hoe is het idee voor La Nuit se Traîne ontstaan?
Michiel: Ik wou per se dat mijn langspeelfilmdebuut zich tijdens één nacht zou afspelen. Een film over één persoon, tijdens één nacht, in één stad, net zoals de thrillers Collateral, After Hours en Duel, films waar ik een die-hard-fan van ben (lacht). Mijn voorkeur voor films met restricties bracht me ertoe om na te denken over het principe van eenheid van tijd. Ik besloot het scenario te ontwikkelen rond een onstuimige achtervolging. Dit gaf mij ook houvast tijdens het schrijven, omdat ik zo de hoofdpersoon in heel specifieke situaties kon plaatsen, waarbij elke stap die hij vervolgens zet, noodzakelijk was om nog meer vaart te kunnen pompen in de progressie van het verhaal waardoor er eigenlijk een tempo-roetsjbaan ontstaat.

Waarom is de hoofdfiguur een slotenmaker? Vind je dat een fascinerend beroep?
Michiel: Toegegeven, het klinkt misschien een beetje raar of triviaal, maar een slotenmaker vind ik best intrigerend (lacht). Het is een beroep zoals om het even welk ander. Soms wel enorm belangrijk, want net als veel mensen ben ook ik al eens mijn huissleutels kwijtgeraakt. In het holst van de nacht moest ik iemand opbellen om me uit de rats te helpen. Dus je contacteert een slotenmaker, maar dat is een persoon die je van haar noch pluimen kent. Die mensen komen in een, twee, drie, in de intimiteit van huishoudens, zien dingen die ze niet zouden moeten zien en ik ben er zeker van dat zij vast vreemde ontmoetingen meemaken. Intrigerend, toch (lacht)?

Vanwaar het idee om de filmtitel te ontlenen aan Petula Clarks beroemde song La Nuit n’en Finit Plus en het nummer als muzikaal leidmotief te gebruiken? En trouwens, hoe ken je dat lied eigenlijk want het dateert van 1963 terwijl jij pas in 1993 bent geboren? Michiel: Ik heb La Nuit n’en Finit Plus voor de eerste keer gehoord in de prent Deux Jours, une Nuit van de gebroeders Dardenne. Het is een ongelooflijk mooi nummer. Het speelt sindsdien in mijn hoofd. In mijn vrije tijd luister ik er veel naar. Ik wilde het al gebruiken in een van mijn kortfilms, maar de rechten om het aan te wenden, waren zo hoog, dat ik dat toen niet kon betalen. Ik was op dat moment nog student. Toch bleef het idee in mijn hoofd spoken en kijk, het kreeg uiteindelijk een belangrijke functionele plaats in La Nuit se Traîne. Ook de inhoud van de song past volledig bij mijn film. Je moet de lyrics eens nagaan: de hoofdfiguur kan niet slapen want hij werkt ’s nachts. Hij weet vervolgens niet wat de nacht zal brengen. Soms verveelt hij zich omdat hij niet wordt opgebeld. Hij wacht op een oproep, maar hij weet niet wie dat zal zijn (glimlacht). Zie je, Petula zingt eigenlijk over Mady (lacht).

Michiel Blanchart
MICHIEL BLANCHART en FAST FORWARD-REDACTEUR MARC BUSSENS (c) Marc Bussens

Kon je dan nu wel de dure rechten van de song betalen?
Michiel: Nee, maar we vernamen dat wanneer je het liedje in de film laat horen door bijvoorbeeld een autoradio en ook niet gebruikt tijdens de uitrol van de endcredits en ook niet gebruikt in de trailer, het veel goedkoper uitkomt. De producers gooiden het op dit akkoord. Achteraf bleek dat de song, gelet op de synchronisatie tussen het filmverhaal en de tekst van het nummer, eigenlijk toch zou moeten ingelast worden zowel tijdens de eindgeneriek als in de teaser. Wat het de producenten uiteindelijk heeft gekost, weet ik niet, maar ik ben wel heel tevreden dat mijn vurige wens uiteindelijk is ingewilligd (monkellachje).

Heb je Petula Clark persoonlijk ontmoet tijdens de onderhandeling over het gebruik van haar wereldhit?
Michiel: Dat zou pas fantastisch geweest zijn, maar het is me spijtig genoeg niet gelukt. Jammer.

Heeft ze je film al kunnen bekijken?

Michiel: Nee, ook dat niet, al ben ik benieuwd hoe ze zou reageren. Ik heb er wel aan gedacht om haar uit te nodigen op de avant-première, maar dat lijkt niet haalbaar want ze is ondertussen wel bijna 92 jaar… 

Je kortfilms zijn vaak goed geshakete mixen van verschillende genres, waarom?
Michiel: Ik hou persoonlijk veel van films die rijkelijk gevuld zijn met woede, donkere gevoelens en die ook nog eens handelen over gewelddadige thema’s. Ik ben geïnteresseerd in verhalen over relaties binnen ingewikkelde contexten. We leven in een wereld waar je het geweld en de pijn om ons heen niet kunt negeren. Dat probeer ik dan ook zo goed als mogelijk te verwerken en weer te geven in mijn producties.

Toch valt er, zowel in je kortfilms als in La Nuit se Traîne, via de relaties die ontstaan tussen Mady en Claire, de twee hoofdpersonages, wel een markant terugkerend thema op, namelijk hoe moeilijk het kan zijn om een relatie op te bouwen?
Michiel: Klopt (lacht). Goed opgemerkt trouwens, maar dit sluit nauw aan bij mijn wens om genres te mengen. Op de een of andere manier interesseert het me om liefdesverhalen te vertellen die niet altijd romantisch zijn. Ik wil me trouwens ook niet beperken tot verhalen die enkel handelen over koppels. In La Nuit se Traîne wilde ik dat er midden van een donkere actiefilm, personages zijn die vanwege hun persoonlijke situatie in conflict zijn. Maar wiens zoektocht erop is gericht om elkaar te leren kennen. Dit geldt voor Mady en Claire, maar ook voor hun antagonisten. Het zijn allemaal personages die met hun rug tegen de muur staan en moeten samenwerken om te overleven.

Jonas Bloquet in La Nuit se Traîne
JONAS BLOQUET in LA NUIT SE TRAÎNE (c) Mika Cotellon

Yannick, de hoofdantagonist in La Nuit se Traîne, heeft niets van de gebruikelijke schurk. Waarom deze vileine figuur karakterieel nuanceren en hem zelfs trekjes vergevingsgezindheid toebedelen?
Michiel: Dit genre cinema heeft me geleerd dat er een soort van mythologie nodig is waarbij een held en zijn tegenstander als Yin en Yang moeten zijn. Anders werkt het echt niet (glimlacht). Wie heeft er geen fascinatie voor bad guys? Hoewel ik Yannick hul in mysterie, heb ik heel bewust geprobeerd om ook ruimte te creëren voor een zekere vorm van empathie voor hem. Als kijker begrijp je onmiddellijk dat hij een heftig leven achter zich heeft en een roedel causale motivaties kan voorleggen waarom hij handelt zoals hij dat expliciet doet in La Nuit se Traîne. De film wordt voornamelijk verteld vanuit het perspectief van Mady. Door meer diepte te geven aan de slechterik, beoogde ik dat de kijker net zo geraakt zou worden door wat Mady allemaal overkomt. Hopelijk ben ik geslaagd in mijn opzet (lacht).

Opvallend is wel dat een ster als Romain Duris de rol van Yannick vertolkt. Zo iemand strikken en dan nog voor je eerste film, is wel lekker meegenomen. Hoe ben je daarin geslaagd?
Michiel: We hebben inderdaad veel geluk gehad om een acteur van zijn kaliber te kunnen bemachtigen (grinnikt voldaan). Hij is heel bekend bij het grote publiek. Het verliep eigenlijk vrij vlotjes. Ik stuurde mijn scenario naar zijn agent en die bleek toevallig mijn kortfilms te kennen en beloofde ons stellig om de synopsis asap te bezorgen aan Romain. Amper een week later kreeg ik bericht dat hij het verhaal sterk- en zijn personage leuk vond. Romain bleek toevallig ook vrij te zijn tijdens onze vastgestelde opnameperiode. Hij verzocht me om mijn kortfilm T’es Morte Hélène door te sturen. Toch wou hij me ook nog persoonlijk ontmoeten om over het project van gedachten te wisselen. Ik sprak met hem af in Parijs. Hij was bijzonder sympathiek, loofde mijn kortfilm en was over de ganse lijn positief, maar twijfelde toch om ja te zeggen tegen La Nuit se Traîne omdat het naar zijn normen, een te kleine film was waarin hij slechts een te bescheiden rol werd toebedeeld. Hij liet me verstaan dat cameo’s of participatierollen absoluut niet aan hem besteed zijn. Hij wou bedenktijd. Ik vertrok uit Parijs en had er desondanks ons fijn gesprek, geen goed oog in. Amper een uur later ontving een sms’je van hem dat hij akkoord ging om de rol toch op zich te nemen. Dat was een geweldige opluchting (glimlacht bescheiden).

Zijn verschijning in de gedaante van Yannick, de genadeloze schurk die de touwtjes strak in handen houdt, verandert het evenwicht in de prent. Vanaf het moment dat het publiek Romain herkent, begrijpt het ook direct dat dit personage niet is als de anderen, maar eerder een gevaarlijke zonderling. Bovendien is Romain Duris, hoewel hij al eerder donkere rollen heeft gespeeld, niet meteen de eerste keuze als slechterik, wat juist het griezelige accentueert wat ik wou bereiken.

Hoe verliep de casting van Jonathan Feltre als Mady de slotenmaker en Natacha Krief in de belangrijke nevenrol van Claire?
Michiel: Het was een lang castingproces. Ik wou beslist geen bekend gezicht voor de rol van Mady omdat het iemand moest zijn die naturel overkomt, waar het publiek zich geen vragen over stelt en zich onmiddellijk mee kon sympathiseren. Meer dan honderd acteurs, zowel van Franse als Belgische nationaliteit, passeerden de revue. Niemand bleek de look en uitstraling te hebben waar ik naar op zoek was. Maar toen verscheen Jonathan Feltre, althans via een auto-opname want hij kon niet lijfelijk aanwezig zijn op het eerste castingmoment. Het bleek bovendien dat ik hem al aan het werk had gezien in enkele kortfilms, maar het was wel in Les Rascals van Jimmy Laporal-Trésors, waarin zijn schitterende prestatie me was bijgebleven. Toen hij zijn eerste auditie deed, was hij zo overtuigend en vooral zo spontaan dat ik hem zeker voor de rol van Mady wou. Het castingproces met hem begon eigenlijk dus al een dik jaar voor de opnames. Zoals ik had verwacht maakte Jonathan een heel sterke indruk. We hebben samen veel gerepeteerd om het personage van Mady verder te ontwikkelen. 

Voor de casting van de vrouwelijke hoofdrol verliep het minder vlot. Ik was al een actrice gecast door het team, zoals je wel begrijpt ga ik haar naam hier niet direct op tafel gooien. Maar ik vond haar niet zo goed en echt klikken tussen ons deed het ook al niet. Drie weken voor de opnames, zegde ze eenzijdig af. Een ramp natuurlijk want hoe kan je binnen drie weken een nieuwe actrice vinden die de rol aankon. Tot Natacha Krief, een bekend televisiegezicht in Frankrijk omdat ze in ontelbare series heeft gespeeld, geïnteresseerd bleek. We brachten haar samen met Jonathan voor een test en ik voelde meteen de noodzakelijke chemie tussen hen die ik betrachtte.

Er wordt trouwens algemeen aangenomen dat 80% van het regisseren bestaat uit de casting. Als je dan acteurs hebt zoals deze twee die zowel de context als de tekst optimaal begrijpen en ook alles nog eens heel naturel tot leven kunnen brengen zoals je je hebt voorgesteld in je script, ja dan is het wel heel makkelijker voor de cineast (uitbundige lach).

LA NUIT SE TRAÎNE
LA NUIT SE TRAÎNE (c) Lumière

Terwijl La Nuit se Traîne zich focust op het wervelende ritme van één tijdseenheid en op de adembenemende achtervolging, is deze thriller toch technisch enorm complex zoals bijvoorbeeld de spectaculaire sequentie in de metro. Is technische perfectie zo belangrijk voor je?
Michiel: Verschillende eerdere projecten hebben me ervan overtuigd dat het tempo van het verhaal voorrang moet hebben op de mise-en-scène. Maar dat weerhoudt me er niet van om echte uitdagende actiescènes op te zoeken. Ik heb evenzeer de intentie om plezier te hebben met de taal van de cinema als om een gevoel van realisme te behouden. Ik wilde de achtervolging met de camera op de huid van het personage volgen, Mady in volle vaart de metro zien afdalen, de geografie van deze stad vatten, terwijl ik een dreiging laat voelen die je niet echt ziet. En ik ben echt tevreden dat ik heb beslist om de ‘poursuite’ in één shot te filmen omdat ik daardoor bij de toeschouwer een beangstigende spanning afdwing. Zolang die opname duurt, is het personage niet buiten gevaar en creëer je intense nervositeit en angst.

Hoe belangrijk was het voor je om Brussel op een authentieke manier te filmen?
Michiel: Ik wou absoluut het authentieke Brussel laten zien. Een Brussel dat je op enkele uitzonderingen na, zelden of nooit in de cinema te zien krijgt, maar dat ik als inwoner intens ken. Ik had tijdens de voorbereidingen in vette letters in mijn agenda opgetekend dat het geen prentkaartenweergave van onze hoofdstad mocht worden (lacht). Langs de lift van de Marollen of het Justitiepaleis lopen, doet me mijn stad fantaseren als een filmstad, op dezelfde manier waarop Amerikaanse films me over New York laten fantaseren. De manier waarop ik Brussel anders bekijk, spreekt de Ketten aan, maar ik heb tevens geprobeerd om de metropool op een vrij universele manier te filmen zodat het niet alleen resoneert bij de inwoners van de stad, maar ook herkenbaar is voor een breder publiek.

Waarom wilde je de Brusselse Black Lives Matter-protesten per se in je film integreren?
Michiel: Ik vond dit essentieel. Het scenario heb ik geschreven tijdens de tweede Covid-golf, rond 2020. Je moet weten dat ik een ‘slechte’ schrijver ben (glimlacht). Ik zit niet graag achter mijn bureau naar een blanco scherm te kijken in de hoop ‘ergens’ inspiratie te vinden of ingeving te krijgen. Nee, ik werk anders. Ik ga op stap door de stad en kijk om me heen en vind de inspiratie van wat ik op straat zie gebeuren. Precies dat probeer ik dan op mijn manier uit te schrijven.

In feite ben jij dus een impressionist, iemand die gericht is op de beleving van het moment en thema’s sprokkelt uit het actieve moderne leven, de street life?
Michiel: Grappig (lacht uitbundig), die vergelijking vind ik wel top. Het is de eerste keer dat ik op die manier wordt omschreven. Ik ga dit onthouden en misschien in latere interviews wel gebruiken (lacht). Maar om verder te vertellen: tijdens het schrijven werden de Black Lives Matter-protesten vaak gehouden in Brussel. Ik stapte regelmatig de deur uit en werd frequent geconfronteerd met de BLM-beweging. De enorme woede van die groep mensen raakte me diep, maar inspireerde me tegelijkertijd ook uitermate. Ik heb getracht mijn emotie daarrond voelbaar te maken in het scenario, via Mady’s zogenaamde ontsnappingspoging en de verschillende bedreigingen die zijn pad kruisen. Ze geven de film onvermijdelijk een tweede laag mee, namelijk een sociale en politieke connotatie. Als filmmaker kan je niet anders dan in je geesteskind in te zoomen op onze contemporaine precaire wereld en angstaanjagende tijd waarin we leven? Je kunt films maken voor een groot publiek terwijl je speelt met de codes van het genre en er sterke thema’s in verweven. De kracht van film is ook om het gedachtegoed van het publiek op een indirecte manier te prikkelen. Mijn films hebben geen boodschap, ze zijn niet expliciet geëngageerd, maar ik hoop dat ze helder en oprecht zijn. Net zoals de woede die ik voelde terwijl ik het scenario van La Nuit se Traîne schreef en die ik vervolgens kon uiten en afreageren in mijn film.

Ik kan me niet van de indruk ontdoen dat de Zuid-Koreaanse cinema je sterk heeft beïnvloed?
Michiel: Dat is een heel accurate indruk (lacht). De Zuid-Koreaanse cinema is bijzonder sterk in het overschakelen van registers zonder dat het storend inwerkt op het tempo. Deze combinatievaardigheid is wat mij het meest enthousiast maakt over de filmtaal. Het publiek kent de codes goed genoeg zodat je er als regisseur risicoloos mee kunt spelen. Zuid-Koreaanse films zijn inderdaad een van mijn echte referenties, zeker wat de toon betreft. Een grote verwijzing is vooral Memories of Murder van Bong Joon-ho, waar in één ogenblik van een compleet angstaanjagende, heel serieuze scène wordt overgeschakeld naar een komisch moment. Dat is pas het échte leven. Je kunt iets traumatisch meemaken en tegelijkertijd getroffen worden door een absurditeit (glimlacht).

Hoe heb je de actiescènes aangepakt in La Nuit se Traîne?
Michiel: Ik heb geprobeerd La Nuit se Traîne spectaculair te maken door een gerichte mise-en-scène en ook door ervoor te zorgen dat wat er voor de camera gebeurt, relatief plausibel blijft. Er zijn natuurlijk momenten waarop de actie fel overdreven is: het is moeilijk om je voor te stellen dat Mady fysiek alles kan doorstaan wat hij in La Nuit se Traîne meemaakt. Maar hij slaagt er telkens weer in om op te staan en door te gaan. Hiertegenover staat beslist dat alle stunts die je te zien krijgt, realistisch zijn. In elk geval had ik de intentie om de kijker zo veel mogelijk plezier te bezorgen door het razendsnelle tempo doorheen de hele film aan te houden.

La Nuit se Traîne
LA NUIT SE TRAÎNE (c) Mika Cotellon

Hoe heb je de sfeer van de nacht in de film vastgelegd?
Michiel: De manier om de nacht te filmen is volgens mij het meest optimaal als je deze een beetje onwerkelijk maakt (lacht). Het belangrijkste is dat de kijker gelooft in de waarheid van wat de personages ervaren, wat ze voelen en van de situatie waarin ze zich bevinden. Dat je als het ware als kijker volledig met de personages meeleeft. Doch van zodra je een camera neerpoot of een licht plaatst, is het al niet meer de werkelijkheid, maar een interpretatie ervan. Dus je kunt het net zo goed doorvoeren in een artistieke aanpak, een sfeer creëren, een gevoel dat aansluit bij wat de personages ervaren.

Hoe zou je de evolutie omschrijven die het hoofdpersonage doormaakt?
Michiel: De film draait integraal rond het personage van Mady. Hij onthult zichzelf door de personen die hij ontmoet en de avonturen die hij meemaakt. Maar voor mij is zijn verhaal een soort van coming of age-proces, een weg naar volwassenheid. Hij gaat van iemand die zich op de achtergrond houdt, die probeert te overleven, naar een heroïsch personage dat erin slaagt, in een volstrekt onrechtvaardige wereld, om voor één keer in zijn leven te doen wat juist lijkt. Daarvoor zal hij inderdaad op een bepaald moment worden geconfronteerd met een morele keuze waarvan hij de consequenties zal moeten dragen. Hij evolueert van een relatieve nobody tot een rijp en volwassen persoon, maar dan wel door heel beklijvende en onuitwisbare ervaringen die hij tijdens die ene ongelooflijke nacht in zijn prille bestaan meemaakt. C’est la vie, quoi (smakelijke lach).

Je toekomst op korte termijn is verzekerd want de rechten van La Nuit se Traîne zijn verkocht waardoor je film in de Amerikaanse bioscopen komt. En, is het écht waar dat je voor TriStar-Pictures je kortfilm T’es Morte Hélène in de VS mag verfilmen?
Michiel: La Nuit se Traîne wordt inderdaad uitgebracht in de VS en daar zijn enkele scenaristen van TriStar momenteel, wel onder mijn supervisie en coördinatie van hieruit, de synopsis van T’es Morte Hélène aan het bewerken tot een langspeelfilm. Ik heb het hier momenteel nog vrij druk met de promotie van La Nuit se Traîne, maar eens dat achter de rug, ga ik 100% aan de slag om het scenario in overleg met mijn collega’s in de States, op punt te zetten. En dan vertrek ik richting L.A. (glimlacht).

Is het waar dat Sam Raimi je producent is? En heb je hem al ontmoet?
Michiel: Jawel, Sam Raimi neemt de productie op zich. Eigenlijk een groot idool van me. Ik dweep met zijn films. Hij is een icoon in Hollywood. Toen ik hem ontmoette in Los Angeles bleek hij, ondanks zijn reputatie, een heel bescheiden en leuke kerel met wie je lekker en vlot kon praten en constructief kon discussiëren. Ik zie het wel zitten om met hem in zee te gaan voor mijn tweede langspeelfilm (lacht).

Wanneer vangen de opnames aan?
Michiel: Nog geen idee.

Zenuwachtig?
Michiel: Enorm, of wat dacht je (bezorgd glimlachje).

Related posts