Van een blitscarrière gesproken! Noémie Merlant, geboren op 27 november 1988 in Parijs, groeide op in een zuidelijke buitenwijk van Nantes, waar ze opgroeide met haar ouders, beiden werkzaam als vastgoedmakelaars, en haar oudere zus. Ze begon op heel jonge leeftijd met zingen en studeerde hedendaagse en daarna klassieke dans, respectievelijk op zes- en tienjarige leeftijd. Ze behaalde een baccalaureaat en keerde in 2006 terug naar de Franse lichtstad. Merlant ging aan de slag als professioneel model en werkte bij de agentschappen Major (Parijs, New York, Milaan), Donna (Tokio) en MD Management (Hamburg), waardoor ze veel kon reizen, wat haar kennis van de Engelse taal ten goede kwam. Ze slaagde voor haar toelatingsexamen aan de theateracademie Cours Florent en volgde van 2007 tot 2011 een opleiding tot actrice.
Haar debuut als hoofdrolspeelster maakte ze op 20-jarige leeftijd in Death in Love van Boaz Yakin. Vier jaar later viel ze op bij de Académie des César en kwam ze terecht op de lijst van de ‘revelaties’ voor de categorie van de meest beloftevolle acteurs van 2013 vanwege haar rol in Jacques Richards L’ Orpheline avec en plus un Bras en Moins. Vier jaar later werd ze genomineerd voor de César voor Beste vrouwelijk jong talent voor haar rol in Le Ciel Attendra van Marie-Castille Mention-Schaar.
Mei 2019 betekende een keerpunt in Merlants filmcarrière omwille van haar vertolking van kunstschilder Marianne in Portrait de la Jeune Fille en Feu van de meermaals gelauwerde regisseuse Céline Sciamma. De film ging in première op het 72e Filmfestival van Cannes en ontving er de scenarioprijs en de Queer Palm. Door de lovende kritieken, het grote commercieel succes en Merlants nominatie voor de César voor Beste actrice en de Prix Lumière voor Beste actrice, was ze overnight wereldberoemd.
Vanaf dat moment kwam haar carrière in een stroomversnelling en volgde er een stroom aan boeiende rollen in belangrijke films (Jumbo, Les Olympiades-Paris 13e, Tár, Une Année Difficile, Lee en Emannuelle). Tussendoor vond ze nog tijd om zelf achter de camera te staan voor de deels autobiografische prent Mi Iubita, mon Amour, haar regiedebuut dat deel uitmaakte van de officiële selectie van het Filmfestival van Cannes 2021. Op de koop toe ontving ze in 2003 voor haar rol in de film L’Innocent van klasbak Louis Garrel, de César voor Beste Vrouwelijke bijrol. Sindsdien is ze niet meer van het scherm weg te denken.
Na een succesvol circuit op tal van filmfestivals waaronder Cannes, ging Les Femmes au Balcon, haar tweede langspeelfilm als cineaste, naar een scenario dat ze schreef samen met Céline Sciamma en waarin ze ook een van de hoofdrollen vertolkt, in Belgische avant-première tijdens het afgelopen Film Fest Gent.
In de luchtige en picareske komedie Les Femmes au Balcon staan drie aparte en moderne jonge vrouwen centraal die tijdens een hittegolf woonachtig zijn in een flat in een kleurrijke wijk hartje Marseille. Tegenover hen is hun mysterieuze buurvrouw het voorwerp van weelderige fantasieën. Les femmes vinden het wel leuk om zich vanop hun balkon vrolijk te bemoeien met het leven van hun buren. Door omstandigheden en iets te veel alcoholische drankjes, raken ze laat op de avond betrokken in een angstaanjagende en delirante affaire die ook nog vrij bloederig wordt. Doch hun enige doelstelling is: op zoek gaan naar vrijheid.
La Merlant kwam in hoogst eigen persoon haar film in Gent voorstellen en wij mochten ons voor een tijdje samen met haar afzonderen in een chique hotelsuite in het luxehotel Yalo, centrum de Artevelde-stad, voor een aangename face à face-ontmoeting.
Wat heeft je geïnspireerd je om het flamboyant verhaal van Les Femmes au Balcon te vertellen?
Noémie: Het oorspronkelijke idee, en later het script, ontstond vanuit een diep verlangen om de vrouwelijke ervaring op een intieme en persoonlijke manier te verkennen. Ik werd geïnspireerd door de verhalen van vrouwen om me heen, hun overwinningen, hun strijd en vooral ook de manier waarop ze in het dagelijks leven hun eigen ruimte proberen te vinden.
Waarom kiest een echte Parisienne zoals jij, Marseille als locatie voor je tweede film als regisseuse?
Noémie: Ah, dat komt omdat ik inmiddels al drie jaar in Marseille woon. Na Parijs is het de tweede grootste stad van Frankrijk en de hoofdstad van het departement Bouches-du-Rhône. Dat is in de Provence waar het weer heel wat beter is dan in Parijs (lacht). Ik hou bovendien van Marseille omdat het een prachtige, levendige, hippe en bijzonder sfeervolle stad is. Ik woonde er pas en was onmiddellijk verliefd op deze metropool (lacht). Voor mij is Marseille een personage, een vrouw vol levensvreugde. Het was dus evident voor mij dat Les Femmes au Balcon zich zou afspelen in Marseille.
Kan het balkon, waar toch een groot gedeelte van de film zich afspeelt, worden beschouwd als een metaforische ruimte waar het publieke en het private leven of gebeuren elkaar ontmoeten?
Noémie: Zoals ik daarnet al zei, begon het script vanuit mijn effectieve ervaringen. Toen de #MeToo-beweging in volle opgang was, begon ik te beseffen hoe gevangen we zijn binnen de patriarchale dynamiek. Ik voelde me eigenlijk niet in mijn eigen lichaam. Dus kwam ik met mijn vriendinnen naar mijn appartement – soms waren we met drie of vier – en het balkon voelde als de enige veilige plek waar we echt onszelf konden zijn.
Vanaf het balkon kun je de buitenwereld rustig aanschouwen, interpreteren en analyseren. Wij vrouwen hebben geen échte plek in de publieke ruimte en dan bedoel ik daarmee concreet de straat. Er is altijd een observerende blik, starende blik, een soort of vorm van onderdrukking. Het balkon biedt ruimte om te dromen en vanuit die perspectief hoop ik dat het een middel kan zijn om bewustwording te creëren over de ongelijkheid in de publieke ruimte. Het werd een symbolische plek in de film als een vorm van grens tussen vrijheid en beperking, tussen de publieke en private sfeer. Sommigen gebruiken het balkon als een plek om te ontsnappen of na te denken, anderen als een lokaliteit om contact te maken of hun emoties te uiten. Het is een plek van transitie, zowel fysiek als emotioneel.
Deze dualiteit merk je ook in de visuele stijl van de film. Het begint met buitenopnamen en plots bevinden we ons binnen in het appartement. Een afgewogen keuze?
Noémie: Zeker (bevestigend hoofdknikje). De allereerste opname wou ik maken vanuit mannelijk perspectief. Zoals in veel films wordt het publiek gedwongen de mannelijke blik, gericht op vrouwen, te delen. Ik wou daar bewust verandering in brengen. Dus heb ik gekozen voor een meer maatschappelijke kijk voor ik met de camera het appartement binnendring om daar van blik te veranderen. De camera draait er en plots kijken we door de ogen van de vrouwen naar de man aan de overkant van de straat. Er is dus wel degelijk serieus over nagedacht (lacht).
Je introduceert elk vrouwelijk personage met haar naam duidelijk in beeld en hoewel ze elk hun solosequenties hebben, voel je als publiek dat ze op de een of andere manier altijd samen zijn en een gehecht geheel vormen. Hoe heb je die balans gevonden?
Noémie: Vanaf het begin wist ik dat ik hun namen op het scherm wilde laten verschijnen, zoals in een graphic novel of een klucht. En niet alleen de namen, ik wilde dat alles heel kleurrijk en overdreven zou zijn: de acteerprestaties, de camerabewegingen en de mise-en-scène. Ik wou per se dat alles echt over de top was (giechelt).
Tegelijkertijd gaat de film over vrouwelijke vriendschap en hoe die je kan helpen om trauma’s te verwerken om daarna verder en beter te kunnen functioneren. Het was belangrijk om te laten zien dat deze vrouwen, ondanks hun verbondenheid, individuen zijn met eigen verhalen en drijfveren. Daarom koos ik ervoor om hen soms apart te tonen, zodat hun persoonlijke ontwikkeling duidelijk naar voren komt. Dus heb ik de vrouwen een poos van elkaar gescheiden om daarna opnieuw een onderlinge verbinding op te bouwen via de montage om te laten zien dat ze steeds aan elkaar denken.
Op een gegeven moment verwoordt een van de dames, Nicole om precies te zijn, dat ze als schrijfster nieuwe vormen van verhalen wil vertellen en onderzoeken die niet gebaseerd zijn op een conflict of oplossingsgericht. Deze uitspraak ligt toch volledig in de lijn van Céline Sciamma’s benadering van narratie met verlangen als drijvende kracht, in plaats van conflict. Was dit een item dat je met Sciamma speciaal hebt besproken tijdens jullie samenwerking aan het script?
Noémie: Ja, absoluut. Het nadenken over verlangen op die manier heeft mijn leven veranderd, ook na het werken aan Portrait de la Jeune Fille en Feu. Nicole is dit soort feminist die probeert zichzelf opnieuw uit te vinden en te herontdekken door de regels te breken, niet om het breken zelf, maar om te ontdekken wie ze is en hoe ze de patriarchale ideeën die ook een drijfmotor voor narratief zijn, kan herformuleren. Omdat het conflict-gebaseerde verhaal en de dynamieken tussen mannen en vrouwen zeer patriarchaal zijn.
Hoe zou je jouw houding tegenover de acteurs en crew omschrijven tijdens het regisseren?
Noémie: Op een set zijn er altijd conflicten, vaak ook een hiërarchie en tirannie (glimlacht). Persoonlijk voel ik me niet goed werken op zo’n manier. Ik heb het gevoel dat er meer verrassing en meer creativiteit is wanneer iedereen zich veilig en open voelt om zijn ideeën te delen. Dat is heel belangrijk voor mij. Ik streef naar een open, gezellige en amicale sfeer waarin iedereen zich vrij voelt ideeën te delen. De andere actrices zijn trouwens allemaal vriendinnen van mij wat op de set leidde tot een creatief, constructief en gehecht groepsgeheel.
Je laat de dader een volledige bekentenis opbiechten. Had dit een speciale betekenis voor je?
Noémie: Zeker. Ik vond het noodzakelijk om aan het einde van de film de bekentenis van de dader duidelijk en expliciet op te nemen omdat het precies dát is wat we als vrouw van mannelijke agressors willen horen, namelijk dat ze verantwoordelijkheid nemen voor hun daden.
Je hebt jezelf de laatste jaren zeker bewezen als regisseur. Wat is voor jou het grootste verschil tussen acteren en regisseren?
Noémie: Het zijn natuurlijk twee heel verschillende disciplines. Als actrice ben ik gefocust op mijn personage, op wat er gebeurt in een specifieke scène. Maar als regisseur moet ik het grotere geheel zien, niet alleen de prestaties van de acteurs, maar ook hoe het verhaal, de muziek, het licht en de camerabewegingen samenkomen om een bepaalde visie over te brengen. Bij Les Femmes au Balcon was ik heel betrokken bij de acteursregie omdat ik wilde dat hun prestaties heel echt en doorleefd zouden aanvoelen. Hopelijk is me dat ook gelukt (aarzelend hoofknikje).
Wat waren de grootste uitdagingen tijdens de opnames van Les Femmes au Balcon?
Noémie: Het vinden van de juiste balans tussen de verschillende verhaallijnen van de vrouwen was zeker een uitdaging (zucht). De film bevat meerdere personages met hun eigen verhalen, dus het was essentieel om ervoor te zorgen dat geen enkele lijn onderbelicht werd en dat alles samenkwam op een manier die voor de kijker coherent en emotioneel meeslepend aanvoelt. Het was ook een uitdaging om het juiste evenwicht te vinden tussen realisme en poëtische symboliek.
Wat hoopt dat het publiek meeneemt als ‘boodschap’ na het zien van Les Femmes au Balcon?
Noémie: Ik hoop dat het publiek geraakt wordt door de menselijkheid van de personages en dat ze zich herkennen in de kwetsbaarheid en de kracht van deze vrouwen. De film draait om identiteit, ruimte en het vinden van een stem in een soms verstikkende wereld. Ik hoop dat het de kijkers aanspoort om na te denken over de ruimte die ze zelf innemen in hun leven, maar ook over hoe we anderen de ruimte geven om zichzelf te zijn.
Doorheen gans ons gesprek valt je doorgedreven ‘female gaze’ op en dus ook de thema’s in Les Femmes au Balcon zijn heel vrouwgericht. Denk je dat dit verhaal ook een bredere relevantie heeft voor een mannelijk publiek?
Noémie: Absoluut. Hoewel de film expliciet vrouwelijke verhalen vertelt, zijn de gevoelens en thema’s universeel – iedereen heeft wel eens het gevoel van vastzitten, dat je op zoek bent naar betekenis of verbinding. Het verhaal van deze vrouwen is eigenlijk een van menselijke worstelingen in bredere zin en ik denk dat iedereen zich hierin wel kan herkennen.
Bij het overlopen van je filmcarrière blijkt dat je de laatste jaren kiest voor het expliciet portretteren van heldinnen die bezield zijn door contemporaine vrouwelijke emancipatie, correct?
Naémie: Zeker en dat komt omdat ik intussen het geluk heb om mijn rollen zelf te kunnen kiezen. Dus richt ik me op vrouwelijke personages die op zoek zijn naar het verlangen naar vrijheid.
Gelet op je afgelijnde en degelijk onderbouwde vrouwelijke levensvisie en je positie waarin je kunt kiezen welke rollen je aanneemt of weigert, waarom heb je dan toch de rol van Emannuelle aangenomen? Het is toch de verfilming van het aparte leven van een dame die leeft van de opbrengsten van seks waarin mannen domineren?
Noémi: Omdat Audrey Diwan, die in Venetië de Gouden Leeuw won voor het sterke feminiene pamflet L’évenement, enerzijds een uitgelezen vrouwelijk statement maakte met haar film en anderzijds omdat zij het verhaal heeft geëxtrapoleerd naar een hedendaagse context. Diwans Emannuelle is nu geen joy-toy meer van mannen, maar een door controle – ook over mannen – geobsedeerde vrouw op zoek naar vooral eigen plezier, in luxehotels (monkellachje).
Vond je het niet vervelend dat je niet Diwans eerste keuze was om Emannuelle te vertolken en je pas aan boord kwam nadat Léa Sedoux bedankte voor de rol?
Noémi: Laat ik duidelijk stellen dat Sedoux al van bij aanvang betrokken was met het project: de remake van Emannuelle. Ik vernam van Diwan dat desondanks het titelpersonage nog niet helemaal gedefinieerd was en naargelang de gesprekken hierover tussen hen twee vorderden, uiteindelijk bleek dat ze twee verschillende vrouwen voor ogen hadden. Ze hebben dan onderling in constructief overleg besloten om de samenwerking stop te zetten en die voor een ander project te bewaren.
Ik werd toen gecontacteerd omdat Diwan me aan het werk had gezien in Tár en wist dat ik dus in het Engels kon acteren en ze het gevoel had dat ik beschikte over het nodige emotionele bereik om de rol te vertolken zoals ze het in haar hoofd had. Het script trok me aan en ik was op de vooropgestelde draaiperiode toevallig vrij. Toen we elkaar spraken, bleek het al snel duidelijk dat we elkaar volledig begrepen wat betreft de vrouw Emannuelle. Ik heb me nooit de tweede keuze gevoeld (grinnikt). Het was een heel interessante, leerzame en bevredigende samenwerking omdat zij daarenboven een prominente dame is die het lot van haar personages met rauwe realiteit van haar lichaam pakkend weet te verkopen. Dé perfecte vrouw dus om de nieuwe en nu geëmancipeerde Emannuelle de wereld in te sturen.
Ondanks je ernstige boodschap overgiet je in Les Femmes au Balcon alles toch wel met een heel flinke scheut humor, waarom?
Noémie: Omdat humor onmisbaar is in een mensenleven. Ironie, satire, zwarte humor — hoe je het ook noemt — humor is een vitale levensbron (lacht). Ik zou niet kunnen leven zonder grappigheid, jij wel? De wereld is al serieus genoeg. Humor geeft ons de kracht om moeilijke situaties te relativeren en ons door donkere tijden heen te slaan, niet?
Kunnen we binnenkort opnieuw een film van jou als regisseur verwachten?
Noémie: Heel zeker, doch nog niet direct. Ik heb tal van ideeën in m’n hoofd en ben momenteel één daarvan aan het uitwerken in een script dat ik zelf zal verfilmen. Eerst staat nog de release van Duse, een biopic gebaseerd op het leven van de Italiaanse theaterdiva Eleonora Duse op het programma. En ik begin binnenkort normaliter te filmen aan The Murderous Miss Highsmith van Alexandra Pechman die eerder de fantastische kortfilm Thumb regisseerde. Voor mijn nieuwe film als cineaste er aankomt, moet je wel nog even geduld oefenen (lacht uitbundig).