Subscribe Now
Trending News

Blog Post

MARIANO VANHOOF
MARIANO VANHOOF (c) IMDB Pro
Interview

MARIANO VANHOOF 

Hoewel producent Mariano Vanhoofs levenswandel grotendeels parallel loopt met deze van regisseur en zijn buddy Geoffrey Enthoven, is het doorgaans de cineast die in de schijnwerpers komt te staan. Van deze onuitgesproken vaststelling wil Fast Forward graag even afwijken. Tijdens ons gesprek in een krakkemikkige camper op de set van Happy Together, blijkt dat het professionele leven van een producent net zo hard én boeiend is als het bestaan van een regisseur. Bovendien komen we te weten dat: “Het idee waarop Happy Together is geïnspireerd komt van mij. Ik had dit schrijnende verhaal in een krant gelezen en daar rond opbouwend beginnen denken. Je laat het idee lezen aan de regisseur en dan plaats je daar een budget naast, stap je naar het VAF en zoek je privésponsors en zo krijgt een film in zijn eerste fase stilaan vorm”, aldus een opgewekte Vanhoof. “Toch zal het publiek een typische Enthoven-film te zien krijgen. De toeschouwers zullen ongetwijfeld van hun melk zijn door de onverwachte en beklemmende plotwendingen die werden bedacht door Jacques Boon. Een straffe scenarist die duidelijk nog wat anders in zijn mars heeft dan pakweg Pauline & Paulette en Confituur”, vertrouwt Vanhoof ons nog snel toe. Net als zijn kompaan is Mariano Vanhoof geboren in 1974. Hij studeert in 1998 af aan het KASK als Meester in de Audiovisuele Kunsten en produceert Enthovens afstudeerproject De Aanspreker. Later stampen ze samen het productiehuis Fobic Films uit de grond en produceert hij Les Enfants De L’Amour. Hierdoor valt Vanhoof als jonge veelbelovende producent op en wordt hij tijdens het filmfestival van Cannes door het European Film Promotion uitgeroepen als Producer On the Move. De daarop volgende jaren produceert hij voor Fobic Films de docu The Voice On Wings (2003) en de kortfilm A Message From Outer Space (2004) van Roel Mandelaers en Raf Reyntjens. In deze absurde en bijna zonder dialogen SF-fantasie over een geflipte wetenschapper (Matthias Schoenaerts) die vanuit de ruimte een ei op zijn hoofd krijgt en daardoor nog doller draait, bewijst Vanhoof zijn gewaagde, eigenzinnige ingesteldheid maar vooral zijn gedurfde keuzes voor creatieve en artistieke projecten. Hij treedt verder op als producent voor de films Vidange Perdue en Happy Together en daarnaast heeft hij ook al verdienstelijke bijdragen geleverd als uitvoerend producent en line producer voor verschillende productiemaatschappijen.

Hoe omschrijf jij de taak van een filmproducer?

Mariano: de meeste mensen denken dat producenten met een dikke sigaar in hun mond achter het stuur zitten van een glimmende Mercedes. Dat is een cliché natuurlijk ofschoon er in België uiteraard wel enkele producenten zijn die dat wel doen en daar bovendien nog erg goed in zijn ook (lacht). Ik steek het niet onder stoelen of banken maar als ik 50 jaar ben zie ik zo’n leventje ook wel zitten (lacht). Nee, even ernstig nu. Ik heb nooit de ambitie gehad om als regisseur aan de slag te gaan. Zelfs op de filmschool voelde ik me al in mijn sas in de rol van producent. Velen zien een producent als een noodzakelijk kwaad, als een persoon die enkel met geld bezig is. Dat is niet correct. Een producer is wel iemand die noodzakelijk is om een film financieel rond te krijgen. Logisch want zonder centen kan je geen film maken. Maar een goede producent, stuurt de productie ook op artistiek vlak en probeert ‘het product’ te plaatsen op de filmmarkt. In feite moeten de relaties tussen alle personen die betrokken zijn bij een bepaalde film, zowel de scenarist, de acteurs en de regisseur, uitgroeien tot een gehechte entiteit. Een ware symbiose moet het worden op de set en ook daar buiten. Precies dat boeiend proces leiden, is de leukste taak van een producer. Buitendien moet een producent ook een fijne neus hebben voor talent, goede ideeën op een adequate manier kunnen verzamelen en zelf open staan voor alles en nog wat. Ook een aardig onderdeel van je baan is de film naar filmfestivals en het grote publiek brengen en verkoopsagenten zoeken die je product zo goed als mogelijk internationaal kunnen verkopen. Als producent eindigt je werk nooit. Als de film in de zaal draait, zit de taak van een regisseur er op. Een producent zit met de ‘nasleep’ die soms jaren kan duren. Telkens de film wordt verkocht, moeten er nieuwe contracten opgesteld en ondertekend worden, it never ends. Geen makkelijke klus om dat allemaal in goede banen te leiden.

Schets je niet een vertekend beeld? Je spreekt uit je ervaringen met Geoffrey Enthoven die je trouwens door en door kent want jullie zijn vrienden én samen runnen jullie ook het productiehuis Fobic Films?

Mariano: we zijn beide aandeelhouders van Fobic Films, zakenpartners, beste vrienden en verder ben ik ook peter van Geoffery’s dochtertje. Dat beïnvloedt inderdaad positief je manier van samenwerken. Als je voor hetzelfde bedrijf werkt, brengt dat een andere ingesteldheid met zich mee. Geoffrey is zich heel bewust van het feit dat ieder risico dat hij neemt, persoonlijke financiële schade kan opleveren. Als ik tegen hem zeg wat wel of niet mogelijk is, dan komen we daar later ook niet meer op terug. Hij weet precies waarop mijn beslissing is gebaseerd. We vertrouwen elkaar door en door. We denken identiek. Wij hebben ook respect voor elkanders job en komen dus zeker niet op elkaars werkterrein. Beide banen zijn totaal van elkaar gescheiden en dat maakt het ook interessant. Als je beide bezig bent met dezelfde zaken, is dat eigenlijk om moeilijkheden vragen. Wij hanteren de 1 plus 1 is 3 regel. Wij geven elkaar carte blanche. Vaak is een mutuele blik voldoende om elkaar te begrijpen. Ik heb al meerdere keren met andere regisseurs gewerkt. Het waren telkens interessante en constructieve ervaringen maar toch is mijn relatie met andere regisseurs verschillend dan mijn verstandhouding met Geoffrey. Het is veel afstandelijker werken en omgaan met die mensen. Andere cineasten geven vaak geen moer om mijn financiële beslissingen en dat creëert soms een vorm van ongenoegen dat op zijn beurt kan resulteren in geanimeerde gesprekken.

Happy Together
HAPPY TOGETHER (c) FOBIC FILMS

Is het geen helse opdracht om geld bijeen te krijgen voor een Vlaamse filmproductie?

Mariano: ja, hoewel ik de nieuwe structuur binnen het VAF positief vind. Je zult me ook niet horen klagen want om op je 34ste in Vlaanderen drie langspeelfilms op je conto hebben, is geen evidentie. Het VAF is op de goede weg maar zoals Rome ook niet op één dag is gebouwd, vraagt een nieuw beleid ook tijd. Maar als je Pierre Drouot hoort zeggen dat het zijn streefdoel is om 12 nieuwe Vlaamse langspeelfilms per jaar op de markt te brengen, dat wijst ontegensprekelijk op een goede evolutie. De budgetten worden niettemin alsmaar kleiner. De Faits Divers-reeksen is een te bejubelen initiatief, vooral voor aanstormend talent en dito jonge producenten. Maar om je een voorbeeld te geven: Happy Together heeft een budget van 750 000 €. Als ik even rondkijk in het kringetje van mijn collega’s, dan zie ik dat sommigen de kans krijgen om films te maken met een budget dat tot drie à vijf keer groter is maar dat de eindresultaten er vaak niet duurder uitzien dan de Fobic-prenten. Geen leuke vaststelling. Daarnaast vind ik het ook mijn job om met de weinige centen die we toegestopt krijgen zo creatief mogelijk om te springen. Je moet geen appartementenblok uit de grond stampen als je maar een budget hebt om een klein huis te bouwen. Je kunt er natuurlijk wel naar streven om dat huisje zo perfect mogelijk in orde te krijgen. Professioneel leef ik volgens dat motto. Zeuren is makkelijker dan creëren en daarom creer ik zonder al te veel te zeuren.

Is de Tax Shelter een renderende en positieve financiële maatregel?

Mariano: zonder twijfel maar het is wel heel moeilijk om Tax Shelter-geld te vinden. Een ander voordeel aan deze maatregel is dat er nu zowel aan de regisseurs als aan de producenten een loon kan worden uitbetaald.

Hoe is het gesteld met de concurrentiestrijd onder Vlaamse producenten?

Mariano: (cynisch lachje) iedereen wil de grootste subsidie binnenrijven maar de pot blijft uiteraard altijd even groot. We houden elkaar nauwgezet in het oog maar je hebt warenhuisproducenten en buurtwinkelproducenten. Gelukkig komen we niet in elkanders vaarwater terecht omdat de ethische normen en codes worden gerespecteerd. Er moet wel duidelijk een subsidiëringsbeleid worden gevoerd dat rekening blijft houden met de specifieke aard van de productie. Jan Verheyen maakt goede films en moet zijn ding kunnen blijven doen. Daarnaast ben ik hem zeer dankbaar voor zijn Faits Divers-initiatief want anders was Fobic Films wellicht al op de fles gegaan. Maar eigengereide talenten als Fien Troch en Felix van Groeningen moeten ook voldoende middelen aangereikt krijgen. Het VAF vergelijkt gelukkig geen appels met peren en dat is de juiste ingesteldheid. Zo blijft de concurrentie humaan. Er is trouwens een producentenbond waar open discussies worden gevoerd. We vormen één front en samen werken we voor een beter welzijn in ons Vlaamse filmlandje. Er wordt wel gevochten onder de producenten maar oorlog voeren doen we niet, dat haalt toch niets uit.

Heb je soms een concreet voorbeeld van deze openhartige manier van onderhandelen?

Mariano: nu de Vlaamse filmproductie in de lift zit, negotiëren producenten en distributeurs onderling vaak over de releasedata van sommige Vlaamse langspeelfilms. Het heeft bijvoorbeeld geen zin om twee Vlaamse films op eenzelfde datum uit te brengen. Kortom, we zijn op veel vlakken goed bezig maar het zal nog wel een kleine 10 jaar duren vooraleer we op kruissnelheid kunnen draaien.

Related posts