Subscribe Now
Trending News

Blog Post

DE KEUZE VAN MARC BUSSENS (FAST FORWARD)
THE SEVEN SAMURAI (c) The Movie Database (TMDB)
De keuze van

DE KEUZE VAN MARC BUSSENS (FAST FORWARD) 

Marc : “Wat een opdracht: vijf persoonlijke filmtips selecteren voor onze rubriek ‘De keuze van’. Eigenlijk een onbegonnen elimineer-klus, nee erger: een ware sisyfus-opgave. Uit de ontelbare geadoreerde films en diverse geapprecieerde genres een keuze maken, werd een pijnlijke schrap, knip- en plak nachtmerrie. Maar, jawel, onder impuls van de Peter Bogdanovich-quote: “There are no ‘old’ movies really – only movies you have already seen and ones you haven’t”, ben ik er toch uitgeraakt. Het zijn uiteindelijk vijf ‘oudere’ must-see-meesterwerken geworden om de lezers (mogelijks) aan te sporen deze parels te laten (her)ontdekken. 

SHICHININ NO SAMURAI(SEVEN SAMURAI)  

Seven Samurai (1954) van Akira Kurosawa, een van de grootste regisseurs uit de filmgeschiedenis, is een meesterlijke Japanse film en beslist een van de meest invloedrijkste ooit gemaakt. Het is dé oerklassieker die zorgde voor baanbrekende structurele vernieuwing want het is niet alleen de eerste actieprent aller tijden, maar ook de eerste film waarin een groep helden wordt samengebracht om gezamenlijk te strijden voor eenzelfde (positief) doel.

Het verhaal speelt zich af in het zestiende-eeuwse Japan, meer bepaald de Sengoku-periode,een dorp uitsluitend bewoond door arme boeren die regelmatig worden geteisterd door een bende koelbloedige bandieten. De inwoners zijn ten einde raad en roepen de hulp in van zeven samoerai zonder daimyō (een hen beschermendemachtige feodale krijgsheer).

Het is moeilijk een film te bedenken die de narratieve en visuele kracht van de Zevende Kunst beter weergeeft dan deze monumentale epische en vloeiende Jidaigeki (historisch Japans krijgsfilmgenre). Seven Samurai heeft een unieke epische uitstraling die moeilijk in woorden is te beschrijven en bezit een onmogelijk te evenaren emotionele intensiteit. Daarenboven schetst het ijzersterke scenario geschreven door Kurosawa samen met Shinobu Hashimoto en Hideo Oguni, nauwgezet de verschillende karakters van zowel de dorpelingen onderling als de cohesie binnen de heldhaftige samoerai waardoor Seven Samurai niet alleen een epische reikwijdte krijgt, maar ook een film is die het harde plattelandsleven weet te vatten en de twee schijnbaar onverzoenlijke werelden dichter bij elkaar brengt.

Daarenboven is het een delicaat verhaal over liefde, vriendschap en menselijke waarden, een essay in regie, productie en actie. Ofschoon dit meesterwerk liefst 207 minuten duurt, nagelt de filmmaker je toch gedurende de hele film op het topje van je zitje en is de apotheose van de uiteindelijke belegering in de gutsende regen, even ontroerend als spectaculair. Daarenboven is de fotografie van Asakazu Nakai spectaculair en prachtig dankzij indrukwekkende zwart-wit-beelden. Seven Samurai balanceert perfect tussen autoritaire ambities en populair spektakel en presenteert personages die als majestueuze personages kracht uitstralen, mede natuurlijk door legendarische vertolkingen van sterke karakteracteurs als Toshiro Mifune en Takashi Shimura.

Kurosawa is een Japanse sensei-cineast en behoort zeker tot de top vijf van de beste regisseurs uit de geschiedenis. Hij kreeg voor Seven Samourai niet voor niks zowel de Gouden- als de Zilveren Leeuw op het filmfestival van Venetië. Kortom, dit ongemeen unicum is absoluut verplichte kost en fungeerde bovendien ook nog als basis voor verscheidene andere (vaak) Hollywood-films. Zo weet je meteen waar onder meer John Sturges (The Magnificent Seven), George Lucas (Star Wars), Robert Aldrich (The Dirty Dozen), Quentin Tarantino (Inglourious Basterds), Lewis Milestone/Steven Soderbergh (Ocean’s Eleven),  J. Lee Thompson (The Guns of Navarone) en Sergio Leone (A Fistful of Dollars) hun mosterd haalden.

EL ÁNGEL EXTERMINADOR

Het portfolio van de beroemde Spaans-Mexicaanse filmregisseur Luis Buñuel is enorm. Hij verwierf grote bekendheid als de eerste regisseur die het surrealisme in zijn films liet doorwerken, droom en werkelijkheid vlot in elkaar liet overlopen en een atheïstische levensvisie in zijn oeuvre stopte. Tot zijn meestberoemde films behoren zeker Un Chien Andalou (1929), de eerste surrealistische film, Los Olvidados (1950), Viridiana (1961), Belle de Jour (1966) en Le Charme Discret de la Bourgeoisie (1972),waarmee hij een roedel aan begeerde prijzen binnenhaalde zoals een Oscar, Bafta’s, Gouden Palmen en een Gouden Leeuw.

Doch wat meester Bunuel ‘uitspookt’ in El Ángel Exterminador, een heerlijk sardonische, pikant mystieke en uitgelezen surrealistische zwarte komedie uit 1962, overtreft ieders fantasie. Zeg nu zelf: na het gezamenlijk bijwonen van een operavoorstelling verzamelen een twintigtal Mexicaanse parvenu’s uit de upper-class zich in de prachtige villa van aristocraat gastheer Don Nobile (!) voor een haute société-diner. Plots voelt iedereen de drang om het huis te verlaten, maar om een of andere onbegrijpelijke reden lukt het hen dat – ondanks verwoede pogingen – helemaal niet.  Ze willen dringend huiswaarts, maar uiteindelijk vindt niemand nog voldoende wilskracht om de kamer te verlaten. Dagen, weken blijven ze ter plaatse ‘gevangen’. Door gebrek aan voedsel en drank, verliezen de snobs uiteindelijk hun geciviliseerde status en laten ze hun mensonterende en beestachtige aard de vrije loop.

Een diepzinnig politiek, sociaal psychologisch en hoogst eigenzinnig pamflet slash cynisch portret waarin met vlijmscherpe scalpel en in zwart-wit-beelden, de ware menselijke demonische aard wordt gefileerd tot op het bot. El Ángel Exterminador is een vreemde en hypnotiserende maison-close-mijlpaal in de filmgeschiedenis boordevol schitterende en uitgesproken Buñueliaanse dialogen, waanzinnige maar overtuigende situaties, diepzinnige bespiegelingen en een prangende fotografie die te allen tijde de claustrofobie van de opsluiting benadrukt en de spanning bangelijk opdrijft.

Wat je als kijker over je krijgt, is narcotiserend en hachelijk te bevatten. De massaal aanwezige verwijzingen, symbolen, zinnebeelden en metaforen zijn niet altijd of allemaal onverwijld te verklaren (denk maar aan de kudde schapen en de beer die ronddwalen in de mansion), maar dat hoeft ook niet want als kijker mag je zelf dit exquise surrealistisch Palmed’Or-amalgaam naar hartenlust interpreteren. Een verplichting voor iedere cinefiel.  

A CLOCKWORK ORANGE

A Clockwork Orange uit 1971 is een dystopische misdaadfilm bewerkt, geproduceerd en geregisseerd door het briljante Amerikaanse genie Stanley Kubrick (1928 – 1999) en gebaseerd op de gelijknamige roman van Anthony Burgess uit 1962. Kubrick verklaarde ooit dat deze film nooit zou dateren en – integenstelling tot vele andere prenten – heeft de Oscar- en Bafta-winnaar overschot van gelijk gekregen want dit huzarenwerk is na meer dan een halve eeuw nog steeds hyper relevant.

Kubricks perfecte enscenering die meandert tussen bruut ballet op prachtige klassieke muziek, ironisch geweld met een serieuze boodschap en koelbloedige openheid voor negatieve gedachten en menselijke duisternis, is een magistrale mix waarnaar je kijkt met open mond. De scène waarin Alex DeLarge (uitmuntend vertolkt door Malcolm McDowell) op de song Singin’ in the Rain (gecroond door Gene Kelly) als leider van de gangsterbende Droogs, een wreedaardige verkrachting ‘afrondt’, is heel grof en goor, maar legendarisch.

De scherpe kritische boodschap achter al het vermeende plezier blijft alomtegenwoordig. Niet te verwonderen dat toentertijd de politie Kubrick verplichtte om A Clockwork Orange zelf uit de bioscopen te halen, bijna 27 jaar achter slot en grendel werd gehouden in Groot-Brittannië en werd verboden door de Amerikaans ekatholieke kerk. A Clockwork Orange is hoogstaande kunst, bevlogen cult en visionair meesterlijk op alle vlak. Een obligate mindfuck.


MORTE A VENEZIA (DEATH IN VENICE)

Hoewel de in Milaan geboren scenarist/regisseur en graaf Luchino Visconti zijn carrière begon als assistent-regisseur van Jean Renoir (Une Partie de Campagne, Tosca) en met zijn langspeelfilm Ossessione (1943) en La Terra Trema (1948), de voorloper werd van het Italiaanse neorealisme, schakelde hij via de films Le Notti Bianche (1957), Il Gattopardo (1963) en The Damned (1969) flegmatiek over naar hoog gestileerde, zelfs barok uitziende drama’s.

In 1971 pakt Visconti uit met Death in Venice, een geniale verfilming van de novelle Der Tod in Venedig (1911) van de Duitse auteur Thomas Mann, die zich op zijn beurt liet inspireren door Goethe’s gedicht Ulrike von Levetzow. In het boek is het hoofdpersonage een romancier. Visconti maakt er een Duits componist van, maar blijft verder bijna volledig trouw aan het boek. Gustav Von Ashenback (gebaseerd op Gustav Mahler) recupereert van een hartaanval en probeert de recente dood van zijn vrouw te verwerken.

Hij verblijft daarvoor in het vermaarde Hotel de Bains, aan het Lido in Venetië, waar hij, alleen, de dag doorbrengt met het observeren van de kosmopolitische mensheid die in het hotel te gast is. Onder de buitenlandse gasten bevindt zich een Poolse familie met onder meer Tadzio, hun jonge zoon. Von Ashenbech raakt geobsedeerd en platonisch verliefd op deze puberende adonis die zijn leven zo op zijn kop zet dat hij de stad niet verlaat, zelfs niet bij een virulente cholera-epidemie, en dit enkel om in de buurt van de jongeman te blijven.

De dood betrapt hem op het Lido terwijl hij dagdroomt over zijn bezetenheid voor de betoverende schoonheid van de bloedmooie snaak. Death in Venice is een bijzonder intelligente, uiterst poëtische, enorm esthetische, uitermate sfeervolle en bewonderenswaardige literatuurverfilming – Visconti slaagt er wonderwel en met respect in om de essentie van het beroemde korte boek perfect weer te geven -waarin de onderhuidse spanning en de sensualiteit van het scherm spat tegen een rijke culturele achtergrond die chronologisch met het verhaal, langzaam verderfelijk wegkwijnt.

Visconti brengt aan de hand van verbluffende tableauvivants en competente fotografie het contrast tussen de grandeur van het Hotel des Bains op het Lido en de gebrekkige hygiëne in het centrum van Venetië grandioos in beeld. Prachtig is ook hoe Visconti erin slaagt om met geluiden, overlappende stemmen, verschillende talen, stiltes en achtergrondgeluiden het leven dat zich rondom het wat dubieuze oudere hoofdpersonage afspeelt, te ‘componeren’. Dan zijn er verder nog eminente groepsscènes, in hotellobby’s, feestzalen en eetzalen die met ingenieuze zijwaartse camerabewegingen in sequentieshots worden gevisualiseerd en bovendien resulteren in gevoelige close-ups van Gustav en Tadzio.

Bijzonder aan deze psychologisch-relationele-epoque-schets is de muziek. Het lijden en verlangen van Gustav, de onwetendheid en naïviteit van Tadzio en de dreigende decadentie omwille van de oprukkende epidemie, zit volledig vervat in Gustav Mahlers symfonieën die Visconti functioneel gebruikt voor bijna de hele soundtrack. Tel daarbij de elegante kostuums, overweldigende decors, diepgaande dialogen, adequate flashbacks, vloeiende montage, begenadigde verwijzingen naar de oudheid en puike reflecties over kunst, schoonheid, muziek, liefde, jeugdigheid en seniliteit, de verfijnde maniakale aandacht voor details en de eclatante vertolkingen van Dirk Bogarde als de stervende Gustav en Björn Andrésen als de openbloeiende Tadzio, en je hebt een geweldig, uniek en sterk ankerpunt in de filmgeschiedenis. Death in Venice sleepte onder meer de Prix du 25ème anniversaire du Festival International du Film Cannes, vier Bafta’s en een Oscarnominatie in de wacht. Deze ultieme symfonie der zintuigen is beslist een must.  


WOMAN UNDER THE INFLUENCE  

Extraordinaire filmmaker John Cassavetes was ongetwijfeld een sterk geëngageerde en oprecht controversiële Hollywood-rebel. Met films als Shadows (1959), Faces (1968), Husbands (1970) en vooral A Woman under the Influence (1974) werd hij ontegensprekelijk de pionier en later het boegbeeld van de onafhankelijke Amerikaanse cinema en het indirect Amerikaanse antwoord op de Franse Nouvelle Vague.

Zijn diep doorleefde, intense, uit het leven gegrepen en sterk geïmproviseerde oeuvre blijft echoën in het collectieve geheugen. John Nicholas Cassavetes zag het licht op 9 december 1929 als zoon van twee Griekse immigranten in New York. Hij studeerde theater tot 1950 aan de American Academy of Dramatic Arts.Daar ontmoette hij zijn latere vrouw Gena Rowlands. Vrij snel daagde hij op in tal van toneelstukken, tv-producties en in enkele films. John en Gena krijgen samen drie kinderen waaronder de latere regisseur Nick – The Notebook – Cassavetes.

Door hun lamentabele financiële situatie draaft John op in tal van Hollywood-filmproducties (The Dirty Dozen, Rosemary’s Baby) enerzijds om het gezin te kunnen onderhouden en om anderzijds zijn eigen producties te financieren want hij is moedeloos door de manier waarop Hollywood omgaat met acteurs en vooral de wijze waarop het mensen, hun emoties en interacties weergeeft. Hij besluit om zich tegen die heersende teneur te verzetten en dat is meteen het startschot van zijn briljante en legendarische anti-Hollywood-carrière als maverick-cineast.

In het hyperrealistische portret A Woman under the Influence strijdt het echtpaar Mabel (Gena Rowlands) en bouwvakker Nick (Peter Falk) met een ongezonde drang naar een zorgeloos gezinsleven, voor het geluk van elkaar en hun drie kinderen. Hoewel hun liefde nog hoog oplaait, zakt Mabel door haar tanende mentale gezondheid weg in een destructief spiraal van eenzaamheid en capricieus gedrag. Ten einde raad laat Nick zijn wederhelft voor zes maanden opnemen in een psychiatrische instelling. Maar na haar verlossende terugkeer, komt het gezin voor heel grote verrassingen te staan.

Net als vele van zijn films kenmerkt A Woman under the Influence zich door een pure cinéma vérité-stijl, geïmproviseerde dialogen, jazzy soundtrack, grauw en handheld – doch heel doordacht- camerawerk dat leidt tot een voortdurend in de lucht hangende spanning. Sommige scènes worden lang uitgesponnen, maar worden juist daardoor nog intensiever en de onvoorspelbaarheid groter.

Johnen Gena slagen er als ongebonden echtpaar met dit meesterlijk drama in een geëngageerde productie en een baanbrekend amalgaan aan nieuwigheden te maken zonder hulp van de grote en machtige studio’s en om heel bewust tegen de schenen te schoppen van het commercieel dominante en met dedain ‘regerende’ Tinseltown-fabriek. Voor dit intens psychologisch drama kreeg John Cassavetes een Oscarnominatie voor regie en zijn echtgenote die werkelijk boven zichzelf uitstijgt in de rol van de geestelijk zwakke moeder, een Oscarnominatie voor beste actrice en won ze een Golden Globe.

John Cassavetes, die in 1989 overleed aan levercirrose, is een onmiskenbare sleutelfiguur in de recente Amerikaanse filmgeschiedenis. A Woman under the Influence is een van zijn beste films die in 1990 vanwege zijn culturele betekenis terecht werd geselecteerd voor de National Film Registry. Wie zich afvraagt wat ‘the importance of being John Cassavets’ betekent, moet weten dat hij een van de acht filmmakers ter wereld is die een Oscarnominatie in de wacht sleepte voor zowel acteur, scenarist als regisseur en dat men in de VS nog steeds dweept met zijn talent, cinematografische statusen zijn mind-candy: A Woman under the Influence. Ook een batterij filmmakers, onder wie Pedro Almodóvar en Wong Kar Wai, laten zich inspireren door het oeuvre van deze ‘koppige, eigenzinnigegrootmeester’, zoals zij Cassavetes met veel eerbied noemen.



Related posts